Publicatie 24/12/2021
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
10 DECEMBER 2021. - Ordonnantie tot invoeging van een afwijkende overgangsregeling in de ordonnantie van 27 april 1995 betreffende de taxidiensten en diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur
Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen, hetgeen volgt : Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Art. 2. In de ordonnantie van 27 april 1995 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur wordt tussen artikel 34 en hoofdstuk V een nieuw hoofdstuk IVbis ingevoegd, dat luidt als volgt :
« HOOFDSTUK IVBIS. - Afwijkende overgangsregeling
Art. 34bis. De in dit hoofdstuk bepaalde afwijkende overgangsregeling wordt uitsluitend ingesteld voor de chauffeurs die voldoen aan alle volgende voorwaarden :
1° houder zijn van een vergunning voor de exploitatie van een dienst voor het verhuren van voertuigen met chauffeur die op basis van een tot de administratie gerichte aanvraag op uiterlijk 15 januari 2021 is afgegeven of in de hoedanigheid van chauffeur werken voor de houder van zo'n vergunning op basis van een arbeids- of zelfstandige samenwerkingsovereenkomst ;
2° als exploitant-chauffeur in hoofdberoep of als chauffeur die geen exploitant is minstens twintig uur per week werken als chauffeur van het voertuig of van een van de voertuigen waarop de onder 1° bedoelde vergunning betrekking heeft.
Art. 34ter. De in dit hoofdstuk bepaalde afwijkende overgangsregeling houdt na 22 juli 2022 op van toepassing te zijn. De regering mag evenwel, uiterlijk op die datum, beslissen om de toepassing van de in dit hoofdstuk bepaalde afwijkende overgangsregeling met maximaal drie maanden te verlengen. Die beslissing mag slechts één keer worden genomen.
Art. 34quater. In afwijking van artikel 3 is het voor de in artikel 34bis bedoelde chauffeurs uitzonderlijk toegelaten om taxidiensten te verlenen binnen de hierna vermelde perken en onder voorbehoud van de strikte naleving van de volgende verplichtingen :
1° ze mogen enkel taxidiensten verlenen op basis van een voorafgaande reservatie via een elektronisch platform ; 2° ze mogen geen voorbehouden standplaats voor taxi's op de openbare weg innemen ;
3° ze mogen geen gebruik maken van de benaming « taxi » of van een vermelding die naar dat woord verwijst, en evenmin hun voertuig uitrusten met om het even welke apparatuur die kan leiden tot verwarring met de reglementaire uiterlijke kenmerken van taxivoertuigen.
Art. 34quinquies. De in artikel 34bis bedoelde chauffeurs worden, wanneer zij taxidiensten verlenen, uitzonderlijk vrijgesteld van de naleving van de volgende bepalingen :
1° artikel 28, derde lid, 2° dat de reglementaire kenmerken voor taxivoertuigen oplegt ;
2° artikel 30, dat de verplichting oplegt om de geldende tarieven in de taxivoertuigen uit te hangen ;
3° het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 augustus 2010 ter bepaling van de tarieven die van toepassing zijn op de taxidiensten.
Art. 34sexies. § 1. Om de in artikel 34bis bedoelde chauffeurs die taxidiensten wensen te verlenen diensten te mogen aanbieden, moet een elektronisch reservatieplatform tijdelijk erkend zijn door de minister-president.
§ 2. Om de in § 1 bedoelde tijdelijke erkenning te krijgen, moet het elektronisch reservatieplatform voldoen aan de volgende minimumvoorwaarden :
1° een vestigingseenheid in België hebben die geregistreerd is bij de Kruispuntbank van Ondernemingen ; 2° een elektronische reservatiedienst voor taxidiensten ter beschikking stellen van het publiek ;
3° de Directie Personenvervoer van Brussel Mobiliteit elektronisch toegang verschaffen tot de volgende informatie, die voortdurend wordt geüpdatet :
- de identiteitsgegevens van de exploitanten en chauffeurs die op het platform geregistreerd zijn ;
- de algemene voorwaarden voor exploitanten en chauffeurs om zich aan te sluiten bij het platform, welke geen verbod mogen inhouden om zich ook bij andere platformen naar keuze aan te sluiten en evenmin meerkosten mogen opleggen aan degenen die zich bij meerdere platformen aansluiten ;
- de algemene gebruiksvoorwaarden van het platform voor de klanten.
§ 3. De in § 1 bedoelde tijdelijke erkenning wordt verstrekt binnen de tien werkdagen nadat de documenten waarin wordt aangetoond dat aan de in § 2 bedoelde eisen is voldaan, naar de minister-president zijn verstuurd.
§ 4. Indien de minister-president vaststelt dat niet meer aan alle in § 2 bedoelde voorwaarden is voldaan, laat hij de exploitant van het desbetreffende platform weten dat hij van plan is diens erkenning vanaf de tiende werkdag na de kennisgeving op te schorten, als de vastgestelde tekortkomingen tegen dan niet zijn verholpen.
Indien de Minister-President beslist om de erkenning na afloop van de in het vorige lid bedoelde termijn op te schorten, heft hij die opschorting op zodra de desbetreffende exploitant heeft aangetoond dat opnieuw aan alle in § 2 bedoelde voorwaarden is voldaan.
§ 5. De straffen bepaald in artikel 35, § 1 van de ordonnantie van 27 april 1995 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur zijn van toepassing op iedere aanbieder van de in § 1 bedoelde reservatiediensten die de in § 2 bedoelde voorwaarden schendt. ».
Artikel 3. Deze ordonnantie treedt in werking op 11 december 2021, met uitzondering van artikel 34sexies, dat op 10 januari 2022 in werking treedt.
Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. Brussel, 10 december 2021.
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de promotie van het Imago van Brussel en Biculturele zaken van gewestelijk belang,R. VERVOORT
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, E. VAN DEN BRANDT
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie, A. MARON
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel, S. GATZ
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering en de Plaatselijke Besturen, B. CLERFAYT